Spring naar de inhoud

PAUL HEEFT EEN STEEN VERLEGD

Foto Jan Smets

Toen priester Paul Van Steen vijf jaar geleden 90 werd, verwees ik in het Vriendenboek dat hem werd aangeboden naar het gekende lied van Bram Vermeulen:

Ik heb een steen verlegd in een rivier op aarde.
Nu weet ik dat ik nooit zal zijn vergeten,
Ik leverde ‘t bewijs van mijn bestaan.
Omdat, door het verleggen van die ene steen,
De stroom nooit meer dezelfde weg zal gaan.
Ik heb een steen verlegd in een rivier op aarde.

De steen van Paul Van Steen. Ik heb daar toen het volgende bij geschreven:

Een paar jaar geleden werd ik als parochiepriester “toegevoegd” aan de geloofsgemeenschap van Sint-Jozef Coloma. Het is een heerlijke ontdekkingstocht geworden te midden van gelovig-gedreven mensen die het evangelie van Jezus vorm geven in deze eenentwintigste eeuw. Levendig kerkgebeuren in Mechelen.

Wie ligt mee aan de basis van dit boeiend gebeuren? Paul Van Steen, natuurlijk! Hij heeft wel degelijk een steen verlegd, meer dan één. In die zin heeft hij zijn naam alle eer aangedaan. Dankzij hem is de stroom een andere weg gegaan: de weg van nieuw leven en toekomst. Het “goede nieuws” van Jezus is voelbaar, zichtbaar, hoorbaar in Coloma. Door velen wordt er hard gewerkt om dat zo te houden.

(…)

Paul Van Steen is een keikop. Als het er op aankomt om goede en zinvolle dingen door te drijven, doet hij dat. Met de vele talenten die in hem zijn. Mij komt hij tegemoet als de christen, de priester die de kerkhervorming belichaamt, ingezet vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw. Consequent heeft Paul daaraan gestalte gegeven, tot op vandaag.

Als priester van amper achtenvijftig (ondertussen bijna drieënzestig) mag ik me geïnspireerd weten door confrater, medebroeder Paul. De heel menselijke en “jonge” manier waarop hij de evangelische boodschap tot leven brengt, strekt tot navolging.

Dank, Paul, voor wie je bent. 

Dank, Paul, voor wat je doet.

Dank voor alle steentjes die je blijft bijdragen.

Dank dat jouw naam ook in die van mij is gekomen. 

Proficiat vanwege Jan Arnalsteen

Gelukwensen die we willen herhalen, vanuit de hele Mechelse kerkgemeenschap. Immers, als we goed kunnen tellen én als alles goed gaat, mag Paul in de zomer van dit jaar 95 kaarsjes uitblazen. Goede gelegenheid om met hem een stevige babbel te hebben. Jan Smets, van Coloma natuurlijk, ging bij hem langs …

Leef-tijd

Aan de muur hangt een mooie aquarel van het mooie Scheldedorp Sint-Amands.  Een prachtwerk van zijn hand.  Want creatief is hij op vele vlakken.

“Mijn vader was afkomstig van Sint-Amands.  Mijn moeder van Malderen…”   Het brengt Paul Van Steen terug naar zijn roots.  De dit jaar 95 jaar wordende priester is afkomstig van het Pajottenland.  Vader Pieter Van Steen was hoofdonderwijzer in Malderen.  Twee zussen zijn ondertussen overleden, maar met zijn broer heeft hij nog steeds een innige band.

Ondanks zijn – wat men betitelt als ‘gevorderde leeftijd’ – lijkt de tijd op hem geen vat te hebben.  Paul is gezegend met een goede gezondheid – fysiek en met een grote mentale veerkracht.  Hij lijkt wel eeuwig jong.  Al beseft hij zelf maar al te goed dat het ooit wel eens zal ‘stoppen’.  Dat zegt hij me ook. 

Kerk in verandering

Een blad nam hij nooit voor de mond.  Vrank en vrij zei hij steeds zijn gedacht.  Ongebonden.  Niet om zomaar wat te rebelleren, maar omdat hij als visionair priester al héél vroeg zag hoe de Kerk evolueerde.  Hij begreep vele jaren geleden dat we naar een andere Kerk aan het groeien waren.

“Ik zag het in de jaren zeventig aankomen.  Vooral tussen ’70 en ’75.  Het aantal seminaristen slinkte zienderogen.  Het besef was er toen al dat we naar een priesterarme Kerk gingen…”

Visionair als hij was leerde hij zijn parochianen hoe ze best op een andere manier konden vieren om de boodschap van Jezus door te geven.

“Je moet vertrouwen hebben in mensen.  ‘Leken’ is een afschuwelijk woord.  Bij mijn aanstelling zei ik dat ik samen met mijn parochianen op weg wou gaan.  In bondgenootschap.  Solidair.  Ik zag de status van priester anders.  We moesten durven nivelleren. Hier en daar voelde ik dat hierop wat kritiek kwam.  Misschien was de tijd hiervoor nog niet rijp.  Maar ik wou meer nog dan mijn voorgangers met mijn mensen ‘mee-gaan’.

Gemeenschapsarchitect

Voordat Paul in 1971 werd aangesteld in de Mechelse Sint-Jozef-Colomaparochie was hij leraar in het Sint-Romboutscollege.  Later werd hij onderpastoor in Opwijk – in zijn geboortestreek.  In Coloma volgde hij pastoor Xaveer Verbruggen op die verhuisde naar de Vilvoordse Far West.

Het was het begin van een mooi verhaal.  De parochie had een sterke samenhang en verenigingsleven. 

“Ik heb impulsen kunnen geven aan wat was en geloofde in de veerkracht van mensen.  Ik sprak hen persoonlijk aan om mee de hand aan de  ploeg te slaan.  Letterlijk en figuurlijk: in de parochieploeg probeerde ik een dwarsdoorsnede van de parochie te krijgen: man en vrouw, uit alle geledingen.  Ik wou niet alles zelf in handen nemen.  Ik delegeerde en gaf mensen handen en voeten.”

Enkele jaren geleden drukte hij het zo uit: ‘De Kerk kijkt te veel achteruit.  Ik wil vooruit kijken!’.  Hij vult het nu zo aan:

“Wie de hand aan de ploeg slaat en achterom kijkt is niet geschikt voor het Rijk Gods.”

Paul Van Steen mag met recht en reden de architect worden genoemd van deze bruisende en levende gemeenschap.  Ook in de liturgie kwamen vernieuwingen.  Zelf heeft Paul de gave van het woord, maar hij tilde mensen op.  “Jij kan dat!”.  Hij liet mensen groeien en begeleidde hen in het voorgaan in vieringen.  Als in Coloma nu vaak geen priester voorhanden is voor een viering slaat men niet in paniek, maar nemen de goed gevormde liturgische groepjes het probleemloos over.  Dat is een verdienste van Paul.  Hij heeft deze gemeenschap hierin uitstekend gevormd.

Als man met een groot artistiek aanvoelen vond hij een mooie, eigentijdse liturgie belangrijk.  Met aandacht voor muziek, bloemen, vormgeving.  Dit alles werkte volgens hem versterkend.

Toekomst

De formule werkte en werkt.  Gelovigen leerden hier het roer zelf in handen te nemen.  Paul gaf de Kerk toekomst.  Paul was een ‘dwarsligger’ met overtuigingskracht.  Vaak dacht hij nét wat anders dan de officiële Kerk.  Op de hiërarchische Kerk had hij het nooit zo begrepen.

“Als priester voelde ik me vaak op twee stoelen zitten.  Ik ben dan wel een officiële voorganger van de Kerk.  Ik val ze ook niet aan.  Maar toch worstel ik vaak met het instituut, dat soms te dogmatisch denkt.  Ik ent me vooral op Jezus en zijn unieke boodschap.  Natuurlijk moet je alles ook in het licht van de geschiedenis zien.  Elke tijd heeft zijn tekortkomingen.  Maar heel zeker werden in mijn opleiding tot priester in het Sint-Jozefseminarie in Sint-Katelijne-Waver kansen gemist.”

Positief kritisch…  Het zat er van jongsaf in.  Het verzetten van bakens ook.  Geen verkrampt conservatisme.

Gedeelde visie

Paul was een vernieuwer.  Van meetaf.  Hij was een priester die de vensters wou opengooien in de geest van het Vaticaans Concilie.  Dat deden in Mechelen ook zijn leeftijds-en geestesgenoten Bob Peeraer van de Onze-Lieve-Vrouw-over-de-Dijleparochie en Sylvain Tuyls in Pius X.   Beide collega’s zijn ondertussen overleden.  Van deze drie sterke persoonlijkheden – erg verschillend van karakter en temperament, maar met een zelfde visie op de Kerk – blijft alleen Paul nog over.

“We hebben mekaar steeds aangemoedigd en versterkt.  Ik haal één voorbeeld aan: we hebben zo de klassieke biechtviering omgevormd tot boeteviering.  Omgeturnd tot een ‘positieve zelfbevraging’, als een eigentijds ritueel– een bezinning over onszelf en de samenleving. “

Niet weg

Het is bijna dertig jaar geleden dat Paul Van Steen op pensioen ging als parochiepriester.  Maar echt ‘weg’ was hij nooit. 

“Ik wou nog andere wegen inslaan en me inzetten op andere terreinen.  En zo ben ik aan de slag gegaan op het Vicariaat Mechelen en Vlaams Brabant.  Catechese was altijd een stokpaardje van mij.  En hier kon ik hieraan werken.  Zoals het Vormsel op 17 jaar.”

Tot zijn tachtigste bleef Paul hier actief.

En nog is Paul niet helemaal weg te denken uit deze gemeenschap.  Af en toe gaat hij nog voor in de vieringen of speelt hij op het orgel.  En nog steeds is het een plezier om hem te horen praten.  Met overtuiging, enthousiast, recht voor de raap en zonder wolligheid, en toch ook vaak poëtisch.  Steeds boeiend en begeesterend.  Hij blijft er in geloven. 

“Ik denk zeker niet negatief over de toekomst van de Kerk. Natuurlijk zitten we nu in een zogenaamd dieptepunt.  Het aantal kerkgangers neemt af.  Dat zie je overal.  Maar de Kerk heeft altijd in een curve gezeten.  De slinger slaat wel om.  Maar het zal in andere vormen zijn.  Mensen blijven een grote gevoeligheid hebben voor vrede, voor al wat goed is, voor een betere verstandhouding, voor samen-leven…  Zie maar eens hoeveel mensen opstapten voor het Vredeslicht onlangs…  Geloof is niet weg.  Het uit zich anders.  Ondertussen moeten we mekaar niet los laten en mekaar bemoedigen!”

Het spreekt van veel vertrouwen in onzekere tijden.  Van hoop en geloof.  Zonder de minste krampachtigheid.

“Ik wil vooruit kijken!” 

Het typeert Paul hélemaal: de voorganger die altijd tussen de mensen stond en mee de weg op ging – zoals hij het zoveel jaar geleden ooit beloofde.

Jan Smets